De Syrische vluchtelingen crisis en de ondergang van de Dublinverordening

De burgeroorlog in Syrie en de vluchtelingencrisis 

Sinds 2011 woedt er een burgeroorlog in Syrie, die inmiddels aan tienduizenden men-sen het leven heeft gekost. Buurlanden als Jordanie, Turkije, Libanon, Egypte en Irak hebben Syrische vluchtelingen opgevangen. De rijkere buurlanden Isreal en Saudi-Arabie houden de deur echter potdicht, waardoor honderdduizenden Syrische vluchtelingen met behulp van mensensmokkelaars Europa over land en over zee proberen binnen te komen, met als gevolg foto’s van aangespoelde kinderlijken op Turkse stranden. 

Deze gevaarlijke routes worden verder aangemoedigd als gevolg van het streven van de Europese Unie om haar buitengrenzen hermetisch af te sluiten. De toestroom van mi-granten wordt verder tegengegaan door samenwerkings-overeenkomsten met omring-ende landen zoals Lybie en Marokko aan te gaan om, zo doende een ‘bufferzone’ rond de Europese Unie te realiseren.

Duitsland als ‘het beloofde land’ in Europa 

De vluchtelingen willen in Duitsland komen, omdat Duitsland qua asielbeleid op de andere EU landen vooruitloopt. Asielzoekers worden goed opgevangen en de asielaanvraagprocedure is snel en rechtvaardig. Duitsland is ook gul met het bieden van verblijfsvergunningen. Ook Belgie is ‘populair’ onder Syrische migranten. Belgie keurt 95% van hun aanvragen goed. Armere EU landen zoals Griekenland, Italie en Hongarije dienen slechts als tussenstation, omdat zij aan migranten weinig toekomstperspectieven en bescherming bieden. Verder hanteren zij een losse en arbitraire uitzettingsprocedure.

De toestroom van Syrische vluchtelingen naar het Euro-pese vasteland 

Duizenden vluchtelingen zitten vast op treinstations in Hongarije. Intussen hebben honder-den ervoor gekozen om naar de grens met Oostenrijk te lopen. Hongarije onthoudt zich van pogingen om de vluchte-lingen tegen te houden, omdat dit volgens haar ‘een Duits probleem’ betreft. Wat Hongarije hiermee wil zeggen is dat zij niet verantwoordelijk wil zijn voor de behandeling van de asielaanvragen van de Syrische vluchtelingen. 

De Dublinverordening (Dublin I, II en III)

De ‘overeenkomst van Dublin’, ofwel Dublin I, dateerde van 1990 en regelde de verdeling van de behandeling van asielaanvragen door de EU lidstaten. Dublin I is in 2003 vervangen door de Dublinverordening, ofwel Dublin II. In januari 2014 is Dublin(verordening) III van kracht geworden. 

De Dublinverordening strekt ertoe en regeling te treffen om tot een verdeling te komen voor de verantwoordelijkheid voor de behandeling van asielverzoeken die zijn ingediend op grond van het Vluchtelingenverdrag. 

Voorkomen moet worden dat asielzoekers van hot naar her worden gestuurd omdat geen van de lidstaten zich bevoegd verklaren om de asielaanvraag te behandelen. Hoofdregel is dat de asielaanvraag behandeld wordt door de lidstaat waar de asiel-zoeker in de EU aankomt. Hierop bestaan er een aantal uitzon-deringen, waaronder het geval dat de asielzoeker in een andere lidstaat familie heeft wonen. Het begrip ‘familie’ wordt eng uit-gelegd en omvat slechts de echtgenoot en minderjarige kinderen.

De tekortkomingen van het Dublin-systeem

De Dublinverordening is controversieel. Datgene wat de verordening poogt tegen te gaan heeft zij juist in de hand gewerkt. De EU lidstaten spelen pingpong met asielzoekers. Het ‘Jesuit Refugee Service’ heeft over het Dublin-systeem het volgende gezegd[1]:

Many asylum seekers feel like banana crates being transported all over Europe, left high and dry in a desperate situation.

Daarnaast rust de Dublinverordening op de verkeerde veronderstelling, dat alle lidstaten dezelfde bescherming bieden aan asielzoekers.

Het Europese Hof van de Rechter van de Mens

Aan de illusie van gelijke be-scherming door alle EU lid-staten heeft het Europese Hof van de rechten van de Mens (EHRM) een einde gemaakt in de uitspraak ‘M.S.S. vs. Griekenland en Belgie’ uit 2011.

De zaak betrof een tolk die Af-ghanistan heeft ontvlucht nadat de Taliban een aanslag op zijn leven zou hebben gepleegd. Hij kwam de EU binnen via Griekenland, waar zijn vingerafdrukken werden genomen, maar waar hij geen asiel aan-vroeg. Vervolgens reisde hij via Frankrijk door naar België, waar hij wel een asielaanvraag indiende. Uit een controle van zijn vingerafdrukken met het Eurodac-systeem bleek echter dat M.S.S. reeds in Griekenland was geweest. De Belgische autoriteiten hadden, zonder de Griekse asielprocedure inhoudelijk te toetsen, Griekenland gevraagd om M.S.S. over te nemen.

In Griekenland aangekomen be-landde M.M.S. onder erbarmelijke omstandigheden in de gevangenis en werd enige tijd later weer vrijgelaten. Drie jaren later werd hij door de Griekse autoriteiten opgepakt tijdens een poging om de grens over te steken. Vervolgens probeerde Griekenland M.S.S. naar Turkije te wijzen. Het EHRM heeft Griekenland wegens schending van mensenrechten veroordeeld. Belgie werd ook veroordeeld, omdat zij M.S.S. had uitgewezen alvorens de asielprocedure van Griekenland inhoudelijk te toetsen. 

Het gevolg van opgemelde uit-spraak is, dat terugverwijzing van asielzoekers naar Griekenland is uitgesloten. Griekeland is buiten het Dublin-systeem geplaatst. Op grond van de in de Dublinverordening neergelegde souvereni-teitsclausule dient de andere lidstaat de asielaanvraag zelf te behandelen.

Men heeft ervoor gepleit om de souvereniteitsclausule mede van toepassing te verklaren ingeval van uitzetting naar lidstaten zoals Italie, Malta en Hongarije. In 2013 heeft het EHRM in de zaak ‘Tarakhel’ beslist, dat gezinnen met minderjarige kinderen niet lang-er naar Italië uitgezet mogen worden.

In de zaak Duitsland tegen Kaveh Puid (ook uit 2013) heeft het Hof van Justitie verder beslist, dat een lidstaat die een asielzoeker krachtens de Dublin II Verordening niet naar een andere Lidstaat kan terugsturen omdat hij er het risico zou lopen op onmenselijke behandeling, niet direct verplicht is om zelf deze asiel-aanvraag in behandeling te ne-men. De betrokken lidstaat moet eerst verder nagaan of er geen andere lidstaat volgens een van de Dublin criteria verantwoordelijk is om de asielaanvraag te behandelen. Die procedure mag echter niet onredelijk lang duren. Indien nodig moet de betrokken lidstaat de asielaanvraag zelf behandelen.

Duitsland de de Syrische vluchtelingen crisis

Vraag is of de oplopende crisis rondom de Syrisische vluchtelingen op de toepassing van de ‘Dublin-toets’ door Duitsland kan wachten. Dit jaar verwacht Duitsland 800.000 asielzoekers, de Syri-sche vluchtelingen niet meegerekend. In 36 uur tijd zijn 13.000 Syriers Duitsland binnengekomen. Nog duizenden worden er verwacht. Het terugsturen van duizenden vluchtelingen naar Hongarije lijkt geen optie.

Het Duitse Ministerie van Bin-nenlandse Zaken heeft aange-kondigd dat Berlijn zich aan de Dublin regels zal houden en, dat vluchtelingen asiel moeten aanvragen in het EU land waar ze zijn binnengekomen.

Nadien hebben Duitsland en Hongarije alsnog verklaard zich aan hun ‘Europese verplichtingen’ te zullen houden.

Deze crisis plaatst het Dublin-systeem onder grote druk. In Duitsland praat men al over ‘wende’: het keerpunt. De EU regels omtrent het asielbeleid moeten drastisch herzien worden en de blijvende toestroom aanvluchtelingen zal daarop niet wachten. Der untergang van Dublin III is volgens sommigen al begonnen:[2]

‘Indeed, another word that is frequently popping up in civil discourse these days is Wende: “turning point”. The term might imply that the rules of the EU today can’t be the rules of the EU tomorrow. But the refugees haven’t time to wait for “us” to work out whether Dublin III or Schengen need to be overhauled. The breakdown of these agreements is already happening.’

****

[1]                           ______________’Dublin, de wankele hoeksteen van het   Europese Asielbeleid?’ Johan Lievens 

[2] __________________________________bron: The Guardian, 6 september 2015, artikel: ‘Germany’s response to the refugee crisis is admirable. But I fear it cannot last’